Gepubliceerd op 3 oktober 2017

Van schild tot zwaard

In afdeling 2 van hoofdstuk 8 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen zijn de verplichtingen ten dienste van de belastingheffing opgenomen. Voor ondernemers zijn de belangrijkste daarvan de informatieverplichting (het geven van antwoorden op vragen) en de administratieplicht.

Uiteraard zijn deze verplichtingen nodig voor de fiscus om een juiste heffing vast te kunnen stellen. Het lijkt nu soms echter de kunst om zo snel mogelijk een informatiebeschikking uit te reiken, waarbij wordt gesteld dat niet aan deze verplichtingen is voldaan om de omkering en verzwaring van de bewijslast te bewerkstelligen. Indien de beschikking onherroepelijk is kunnen geschatte aanslagen worden opgelegd en is het aan de ondernemer bewijs te leveren dat en in hoeverre de aanslagen onjuist zijn. Laat het niet zover komen en benut de rechtsbescherming die een informatiebeschikking (nog steeds) biedt.

Als het gaat om de invordering is er ook een trend waarneembaar, waarbij voor aanslagen die niet onherroepelijk vaststaan geen uitstel wordt verleend of wordt ingetrokken. Ook anderszins worden soms invorderingsmaatregelen getroffen en/of voorafgaand aan een eventuele aansprakelijkstelling beslagen gelegd. Uiteraard geldt ook hier dat de fiscus de inningspositie moet bewaken, maar het nu veeleer een doel lijkt om zoveel als mogelijk te beslaan, waardoor de bedrijfsvoering wordt bemoeilijkt en/of een compromis wordt afgedwongen dat ligt op een bedrag minimaal zo hoog als het gelegde beslag. Probeer ik in zo’n geval te voorkomen dat u ten onrechte in een hoek wordt gedrukt. Kom op tegen invorderingsmaatregelen, want indien genomen, laten deze zich moeilijk terugdraaien. Belastingheffing en –inning moet recht doen aan de feiten. Helaas is dat niet altijd een vanzelfsprekendheid. Wordt u geconfronteerd met ongehoorde maatregelen, schakel dan hulp in en geef niet te snel op. Na recht hebben komt dan uiteindelijk toch recht krijgen.. «