Gepubliceerd op 3 juli 2017

Misleiding in kredietrapportage

afbeeldingen/foto_13_opt.jpgIn het kader van het afstuderen als Financieel Forensisch Deskundige heb ik samen met mijn studiegenoot een beperkt onderzoek uitgevoerd naar dit onderwerp. Bij het kiezen van het onderzoeksonderwerp kwam al vrij snel aan de oppervlakte dat de inmiddels geïntroduceerde SBR-kredietrapportage hier wel eens gevoelig voor kan zijn. Ik ga, omdat het geen empirisch onderzoek is geweest, in dit artikel in op de meest verrassende uitkomst uit ons onderzoek.

Hand over hand gaan banken over op electronisch aangeleverde kredietrapportage. Ik bedoel daar zeker niet een pdf mee maar, op XBRL gebaseerde rapportages, die zonder menselijke tussenkomst in systemen verwerkt kunnen worden. Ik heb ondertussen ook al een aantal brieven van banken gezien waarin men dit verplicht voorschrijft. Als de ondernemer (kredietnemer) niet op de voorgeschreven wijze kan rapporteren, dan volgt er een boete. Ik heb uit de verschillende brieven mogen begrijpen dat de boete € 250 is. SBR kredietrapportages zullen, binnen het MKB, in vrijwel alle gevallen door de accountant of het administratiekantoor aangeleverd moeten worden. Een beetje ondernemer heeft er geen zin in om een XBRL-bestand in elkaar te knutselen. Nog los van de vraag of de boete opweegt tegen de kosten die gemaakt moeten worden speelt het thema van misleiding een betekenis. In het grijze verleden sprak je als kredietnemer met je bankier de cijfers en voorzag deze van een toelichting en, werd er samen naar de toekomst gekeken. In de snelweg van digitaliseren past een dergelijk gesprek vaak niet meer. Bij de banken neemt het aantal medewerkers hand over hand af en een beetje accountmanager heeft een enorme hoeveelheid klanten, waar een al te intensief contact niet goed in te passen valt. Datzelfde verschijnsel zie je bij de andere dienstverleners in de accountancy ook aankomen. Ook daar neemt hand over hand de digitalisering toe en het persoonlijk contact af. De vraag, waar ik niet verder op zal ingaan, is: is persoonlijk contact voor een vertrouwde relatie geen absolute voorwaarde?

De vraag waar ik wel op zal ingaan is: neemt het gevaar op misleiding toe als er slechts een elektronische uitwisseling van gegevens plaatsvindt? Het antwoord daar is, volmondig, “ja”. Als u verder niet geïnteresseerd bent naar de achtergronden kunt u hier stoppen met lezen.

Elektronisch uitgewisselde informatie wordt op technische wijze geanalyseerd. Technische analyse werkt volgens een zogenaamd stoplicht systeem. Dergelijke systemen werken doorgaans met een tolerantie. Als de geanalyseerde data binnen de vooraf bepaalde toleranties blijft is het goed. Maar dat wil nog niet zeggen dat het goed is!

De ontwikkelingen in de financiële wereld en de druk die als gevolg van de kredietcrisis is ontstaan op het verkrijgen van bancair krediet lokt tendenties uit. Eén van die tendenties is dat, om continuïteit in de bancaire kredietverlening te behouden, er misleiding in verslaglegging ontstaat. Is misleiding per definitie fraude en dus strafbaar? Het antwoord op die vraag is “nee”. Niet alle vormen van misleiding levert fraude op, en vervolgens bestaat er, even los van enkele heel specifieke gevallen, geen verplichting tot fraudemelding. En ontbreekt het aan een eensluidende definitie van fraude. Een werkelijk te wazig woud om mogelijke misleiding die als fraude te betitelen valt aan te kunnen pakken. Ondenkbeeldig dat het kan, maar er zijn beslist mogelijkheden om te misleiden en niet aangepakt te worden. Bij kredietverlening kan dat om substantiële bedragen gaan en de veroorzaakte schade kan heel groot zijn.

Voordat ik afsluit met een conclusie wil ik een voorbeeld geven van misleiding die ook nog eens wettelijk toegestaan is. Het gaat dan om het zogenaamde GAAP1 earnings management. Alle vormen van toegestane veranderingen in wijze van waarderen kunnen onder de noemer misleiding worden gebracht, maar blijven onbestraft. Wel kan het zijn dat de gevolgen voor vermogen en resultaat van importantie kunnen zijn. Jazeker in veel gevallen is een toelichting vereist. Maar als die ontbreekt en het stoplichten systeem het niet weet te signaleren dan gaat er iets grondig mis. Een kritische lezer zou een dergelijk verschijnsel hoogstwaarschijnlijk wel zijn opgevallen! Maar bij een technische analyse met een stoplicht systeem is de kans dat het er gewoon doorheen slipt aanzienlijk hoger.

Conclusie: voordat er volledig vertrouwd kan worden op SBR-kredietrapportage zijn er wat noodzakelijke aanscherpingen van wet- en regelgeving nodig om oneigenlijk gebruik en misleiding in de kiem te smoren. «

Piet Hoogeveen AA MBA RV
Accountants Adviseurs VANNU
E-mail piethoogeveen@vannu.nl
www.vannu.nl

Onze partners