Gepubliceerd op 21 juni 2021

Vaststellingsovereenkomst UWV

“Help, mijn werkgever wil me ontslaan!” De meest voorkomende manier om een ontslag te regelen is met behulp van een vaststellingsovereenkomst. Vaak biedt een werkgever diens werknemer een vaststellingsovereenkomst aan. Een goede vaststellingsovereenkomst geeft recht op een WW-uitkering. Toch gaat het regelmatig mis. Hoe komt dat?

Het UWV en de WW-uitkering

Het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) zorgt voor een efficiënte uitvoering van o.a. de WW en Ziektewet. Dat doet het UWV in opdracht van het ministerie van SZW. In tegenstelling tot wat sommigen denken, wordt de WW betaald door het UWV en niet door de werkgever. Om na ontslag voor een WW-uitkering in aanmerking te komen, stelt het UWV wel voorwaarden als er met een vaststellingsovereenkomst wordt gewerkt.

Vaststellingsovereenkomst met recht op WW

Het UWV zal bij de aanvraag om een WW-uitkering bij ontslag met wederzijds goedvinden een vaststellingsovereenkomst willen zien. Het UWV kijkt naar de tekstuele uitwerking en de feitelijke achtergronden van het ontslag. Het recht op WW wordt gebaseerd op de considerans, de einddatum en de overeenstemmingsdatum. Dit zijn de belangrijkste voorwaarden:

  1. Hetinitiatief tot ontslag is genomen door de werkgever. De werknemer is niet verwijtbaar werkloos geworden;
  2. Er is geen dringende ontslagreden van toepassing. De werknemer is zelf niet schuldig aan het ontslag;
  3. De einddatum van de arbeidsovereenkomst neemt de opzegtermijn van de werkgever in acht;
  4. De werknemer is op de einddatum beschikbaar voor betaald werk (en dus niet ziek);
  5. De werknemer was verzekerd voor werkloosheid, verliest minimaal 5 uur per week aan werk en heeft in de laatste 36 weken minimaal 26 weken gewerkt.

Wat staat er in de vaststellingsovereenkomst?

In een vaststellingsovereenkomst (beëindigingsovereenkomst) staan in ieder geval de volgende bepalingen:

  • De naam en het adres van de werknemer en werkgever;
  • De reden en initiatiefnemer voor het beëindigen van de arbeidsovereenkomst;
  • Dat er geen sprake is van een dringende reden, zoals ontslag op staande voet;
  • Dat de beëindigings plaatsvindt op basis van ontslag met wederzijds goedvinden;
  • De datum waarop de arbeidsovereenkomst eindigt, met inachtneming van de geldende opzegtermijn;
  • De datum waarop de eindafrekening wordt gemaakt;
  • Dat plek en datum waarop partijen de overeenkomst hebben ondertekend;
  • De wettelijke bedenktijd van 2 weken.

Kan je zelf om een vaststellingsovereenkomst vragen?

Indien een werknemer het niet naar de zin heeft of ziek thuis zit, kan deze in veel gevallen zelf vragen om ontslag met een vaststellingsovereenkomst. Een correct opgestelde vaststellingsovereenkomst geeft bij het UWV recht op een aansluitende WW-uitkering. Hoe regel je dat goed?

  1. Het mes snijdt vaak aan twee kanten, dus speel open kaart. Voor een ontslag met wederzijds goedvinden is het gangbaar dat de werkgever in concept een vaststellingsovereenkomst opstelt en aan de werknemer aanbiedt;
  2. Het is essentieel dat de werknemer een vaststellingsovereenkomst vóór ondertekening laat controleren door een ontslagjurist. Een jurist weet de WW-uitkering veilig te stellen, kan de transitievergoeding (ontslagvergoeding) correct berekenen, oordeelt of het relatiebeding moet vervallen en bekijkt of vrijstelling van werkzaamheden mogelijk is;
  3. Na akkoord tekenen beide partijen de vaststellingsovereenkomst en heeft de werknemer recht op een aansluitende WW-uitkering.

 

Onze partners